Wie mij een beetje kent, weet het al, maar voor de anderen even een kleine bekentenis: ik ben een grote fan van reality-tv. De afgelopen weken en maanden werd ik dan ook op m’n wenken bediend, met De Mol (Vier) op maandag, Temptation Island (Vijf) op woensdag en een nieuw seizoen van Mijn Pop-Uprestaurant (vtm) op dinsdag en donderdag. Elke dag iets om naar uit te kijken na alweer een veel te lange werkdag (dat doctoraat schrijft helaas zichzelf niet) – de guilty pleasures volgen elkaar in ijltempo op.
Maar nu heb ik een reden gevonden om me niet meer guilty te voelen bij zoveel realitygeweld: die programma’s zijn immers taalkundig bijzonder interessant. Dit semester bestuderen een aantal studenten in het kader van hun bachelorproef het (standaard)taalgebruik in formele en, euh, minder formele tv-programma’s, om zo na te gaan of er opmerkelijke verschillen opduiken. Komen er in informele tv-programma’s bijvoorbeeld opvallend minder deleties van begin-h (ij eeft voor hij heeft) of eind-t (nie voor niet) voor dan in formele programma’s? Hoe frequent wordt een expletief dat gebruikt (Ik weet niet of dat hij dat gezien heeft)? Als zou blijken dat dergelijke ‘typische’ tussentaalkenmerken het ook tot in formelere programma’s (genre TerZake of De Afspraak) weten te schoppen, dan zegt dat veel over de evolutie van het Nederlands in Vlaanderen: het zou kunnen betekenen dat de standaardtaalnorm breder wordt, of dat er zich naast de ‘formele’ standaardtaal ook een ‘informele’ standaardtaal aan het vormen is.
Mijn Pop-Uprestaurant is een van de vier ‘informele’ programma’s die bestudeerd worden. Over het taalgebruik van Amanda, Jan en Miette – de drie personen die we van naderbij bekijken – zal ik het later nog wel eens hebben, maar in Pop-Up duikt er nog veel meer taalkundig fraais op. Een week of twee geleden hoorde ik Sven, de sympathieke kok van de Grieks-Genkse pop-up Kommáti, opeens ‘hun hebben’ gebruiken, met het gebruik van ‘hun’ als onderwerp.
Naar #mijnpopup op @VTM kijken en Sven ‘hun hebben’ horen zeggen. Na Nederland nu dus blijkbaar ook in Vlaanderen! #beroepsmisvorming
— Steven Delarue (@st_delarue) 26 maart 2016
Opvallend, want hoewel ‘hun’ in Nederland erg frequent wordt gebruikt als subject (maar nog steeds afgekeurd wordt), hoor je het in Vlaanderen zo goed als nooit. Sven was de eerste Vlaming die ik het ‘in het wild’ hoorde gebruiken – al wist een collega me kort erna te vertellen dat José De Cauwer, ex-wielrenner en huidig wielercommentator bij de vrt, het ook frequent bezigt. Als dat klopt, valt dat nog vrij eenvoudig te verklaren: De Cauwer reed jarenlang bij Nederlandse wielerploegen, en was – toch volgens Wikipedia – jarenlang de persoonlijke helper van Hennie Kuiper. Hoe Sven, de kokende ‘Minion’ uit Brasschaat, bij ‘hun hebben’ terecht is gekomen, blijft vooralsnog echter een raadsel.
In de aflevering van gisteren was het alweer bingo, en nog maar eens in Genk: in L’Oro Nero, het Italiaanse pizza-en-cocktailrestaurant van Giordano en Myrthe, liep het helemaal fout in de keuken. Giordano snauwde z’n personeel af, gelardeerd met een paar fucking’s hier en daar (naar het goeie voorbeeld van jurylid Sergio Herman), en maakte zichzelf er zo niet meteen sympathieker op…
Gio verwart ‘de puntjes op de i zetten’ met ‘zich gedragen als een lompe boer’ #mijnpopup een onsympathieke Limburger,jawel het bestaat!
— Dimitri (@Dimi_Sam) 12 april 2016
Wat echter vooral opviel: door al die ongebreidelde emotie kwamen er opeens verschillende kenmerken van het Cités bovendrijven, een soort straattaal die in de tweede helft van de vorige eeuw ontstond in Limburg, uit de mengtaal die de uit Italië, Turkije en Griekenland geïmporteerde mijnwerkers gebruikten om met elkaar te kunnen communiceren. Nu is het vooral de taal van de jongeren uit de cités, de arbeiders- en migrantenwijken in de steden. Over dat Cités valt bijvoorbeeld hier of hier meer te lezen, en hier hoor je linguïste Stefania Marzo er meer over vertellen, maar één van de opvallendste kenmerken ervan is de uitspraak van de begin-s als sj-, op voorwaarde dat er een of meer medeklinkers op volgen. Stijl wordt dan bijvoorbeeld sjtijl.
Nu deed Giordano dat in vorige afleveringen ook wel al, maar in de aflevering van gisteren viel het wel héél erg op. Ook op Twitter, zo bleek, want ondanks het feit dat de sj-klank gebruikt wordt door een immer groeiend aantal Limburgse jongeren én het populaire personage Smos uit de vtm-reeks (en -film) Safety First, wordt Giordano er opeens wel erg nadrukkelijk op afgerekend:
Ik denk dat Giordano van Genk is joh ! Vies sheve pizza’s ! Wat als Giordano @SergioHerman was #mijnpopup pic.twitter.com/G7R1mylY4F
— Nicky (@Rouma_n) 12 april 2016
Praat normaal jong, aap! Ik als Limburger erger mij zelfs dood! #mijnpopup
— Sofie © (@hoetoevallig) 12 april 2016
Ik zou Giordanno er al uit stemmen door zijn “sch” #mijnpopup
— gingerella (@heyitschelsy) 12 april 2016
‘Fucking shlaatje’ sebiet een fucking shlaatje op uwe teut #mijnpopup #mijnpopuprestaurant
— Jazz De Ruyter (@Jazzfordummies) 12 april 2016
“Vandaag ga ik op mijn sjtrepen sjtaan. Vandaag sjtaan we sjcherp.”
– Giordiano. #mijnpopup
— Yannick V Puymbroeck (@yavapu) 12 april 2016
“ik kan ni tegen tegenshpreke” ja leer mss eerst ‘shpreke’ #mijnpopup
— Toon LK Aerts (@aertstoon) 12 april 2016
Tegenshprekers! #mijnpopup
— JelleHusson (@JayLeeHudson) 12 april 2016
wat zijn shtrepen? #mijnpopup
— Nils D’Joos (@nilsdjoos) 12 april 2016
Terwijl Smos de sj-klank weet te gebruiken om gevoelens van gezelligheid en sympathie op te roepen, ook bij niet-Limburgers, gaat het bij Giordano compleet de andere kant uit: kijkers associëren zijn sjtijl vooral met arrogantie en misplaatst egocentrisme. Zo gaat het trouwens wel vaker met opvallende (‘saillante’) taalkenmerken: net omdat ze zo herkenbaar en prominent zijn, kunnen ze meerdere functies hebben. Zo is een West-Vlaming die zijn g’s en h’s verwart misschien wel authentiek en gezellig in Eigen Kweek of Bevergem, maar toch veeleer een lompe boer in pakweg Het Journaal of De Zevende Dag. Nu nog uitvissen in welke categorie Marvin van Temptation Island thuishoort.
Door dit soort artikels wordt taalkunde hip en trendy 😉 Interessant!
Zou het ook niet kunnen dat de kandidaten de taal van Sergio Herman overnemen, aangezien hij een autoriteit is?
Dat zou ook wel eens kunnen! Vooral ’t feit dat Giordano opeens wel héél nadrukkelijk begon te vloeken in zowat élke zin (zoals ik ook in m’n blogpost vermeld) toont aan dat er wel enige invloed qua taalgebruik kan zijn – een wat rare poging om evenveel autoriteit uit te stralen in de keuken.